maak je palet persoonlijk
Wanneer je met kleuren werkt, kan het veel verschil maken om die kleuren een eigen naam te geven. Niet gewoon lichtgroen of blauw, maar woorden die de kleur persoonlijk maken, zoals regen na een zomerdag of mama’s fluwelen jurk. Door een kleur een naam te geven, ga je er anders naar kijken. Het wordt niet alleen een tint, maar een ervaring.
Waarom werkt dit?
- Een naam geeft context: donkerrood is abstract, maar wijnglas bij kaarslicht roept direct sfeer en emotie op.
- Je palet krijgt persoonlijkheid: jouw namen zijn uniek, niemand anders gebruikt ze.
- Het stimuleert creativiteit: je gaat anders kijken en associëren.
- Het helpt je keuzes maken: een kleur voelt minder willekeurig als die een verhaal heeft.
Stap-voor-stap
- Kies een kleur: pak een kleur uit het kleurenwiel, kledingkast, interieur of gewoon uit je omgeving.
- Observeer goed: wat valt je op? Is de kleur fel, zacht, warm of koel? Zie je schakeringen of nuances?
- Vraag jezelf af: wat roept dit op? Denk aan gevoelens (rust, energie, vrolijkheid), beelden (zee, herfst, feest) of herinneringen (vakantie, kindertijd).
- Noteer associaties: schrijf losse woorden, zinnen of beelden op. Hoe meer, hoe beter.
- Speel met taal: combineer woorden, gebruik alliteratie of maak een metafoor.
- Kies de naam die past: lees je opties terug en voel welke naam het meest klopt met de kleur.
Voorbeelden
- Diep blauwgroen = Onderwaterbos
- Zacht roze = Droomsuikerspin
- Warm oranje = Kampvuur in september
Oefening 1: kleuren in je omgeving
- kies drie willekeurige objecten om je heen (kleding, mok, muur, bladeren)
- beschrijf de kleuren in gewone woorden
- maak per kleur minstens drie alternatieve namen
- kies je favoriet en schrijf deze op in een notitieboekje
Oefening 2: kleuren en emoties
- denk aan drie emoties (bijvoorbeeld vreugde, rust, spanning)
- kies bij elke emotie een kleur die erbij past
- geef de kleur een naam die de emotie versterkt
Voorbeeld:
- Vreugde = Geel = Zomerfeestballon
- Rust = Blauw = Ochtendstilte
- Spanning = Rood = Middernacht energie
Oefening 3: oefenen met kleuren
- kies elke dag drie kleuren die je tegenkomt
- geef ze een naam
- noteer ze in een schriftje
Na een week heb je 21 nieuwe namen en een creatiever oog voor kleur ontwikkeld.
Tips & tricks
- Gebruik een notitieboek of app: schrijf ideeën direct op, voor je ze vergeet.
- Betrek anderen: vraag kinderen of vrienden om mee te denken. Hun invalshoek is vaak verrassend.
- Maak het leuk: het hoeft niet perfect of diepzinnig. Spel en humor werken net zo goed.
- Bouw je eigen palet: verzamel je namen in een schriftje, zodat je na een tijdje een persoonlijk kleurenwoordenboek hebt.
Aan de slag
Pak nu een kleur uit je omgeving. Kijk, voel en geef het een naam. Welke naam bedenk jij voor de kleur van de lucht vanmorgen?